Nederlands

English

Reizen - Travel

Enjoy your journey and make it unforgettable

bus

bus

trein

train

vliegtuig

airplane

boot

boat

cruise

cruise

fiets

bike

motorfiets

motorbike

station

station

luchthaven

airport

haven

port

ticket

ticket

vlucht

flight

vertrek

departures

aankomsten

arrivals

uitgang

exit

kaart

map

schema

schedule

verzekering

insurance

Toerisme

Tourism

bezoek

visit

informatie

information

gids

guide

reiskaart

travel card

reisbureau

travel agency

park

park

strand

beach

centrum

center

bezienswaardigheden

sightseeing

museum

museum

oude stad

old city

Auto

Car

autoservice

car service

reparatie

repair

voertuig

vehicle

plaat

plate

keuring

inspection

rijschool

driving school

rijbewijs

driving license

zitplaats

seat

veiligheidsgordel

safety belt

veiligheidszetel

safety seat

remmen

brakes

waarschuwing

warning

verkeerslicht

traffic light

  1. Reizen

    Travel

  2. Hoe vaak ga je op reis?

    How often do you travel?

  3. Eén keer per jaar, meestal voor vakantie.

    Once a year, usually for holidays.

  4. Aan welk soort vervoer geeft u de meeste voorkeur?

    What kind of transport do you prefer most?

  5. Ik geef eerlijk gezegd de voorkeur aan de trein.

    I honestly prefer the train.

  6. Ik moet mijn moeder ophalen van de luchthaven, waar kan ik de aankomsthal vinden?

    I have to pick up my mother at the airport, where can I find the arrivals section?

  7. De aankomsthal bevindt zich in Hal 3.

    The arrivals section is situated in Hall 3.

  8. Toerisme

    Tourism

  9. Weet je hoeveel het kost om een buskaartje naar het vliegveld te kopen?

    Do you know how much it costs to buy a bus ticket to the airport?

  10. Een buskaartje naar de luchthaven kost 5 euro.

    A bus ticket to the airport costs 5 euros.

  11. Bent u hier voor zaken of plezier?

    Are you here for business or pleasure?

  12. Deze keer ben ik hier op zakenreis.

    This time I am on a business trip here.

  13. Auto

    Car

  14. Ik heb een ongeluk gehad, ik moet mijn auto laten repareren.

    I've had an accident, I need to get my car repaired.

  15. Heeft u een autoverzekering?

    Do you have a car insurance?

  16. Heeft u een rijbewijs?

    Do you have a driving license?

  17. Ja, ik heb mijn rijbewijs 5 jaar geleden gehaald.

    Yes I got my driving license 5 years ago.